Eindelijk gaat de regering eens bezuinigen op subsidies op bepaalde vormen van kunst en cultuur, en een groot deel van het land staat gelijk op zijn kop. Maar weten al die mensen eigenlijk wel waar het om gaat?
De musea - bijvoorbeeld - moeten in het vervolg voordat ze subsidie krijgen kunnen aantonen dat ze zelf 17,5% (zeventien en een half procent!) van dat subsidiebedrag zelf gaan opbrengen. Is dat nu werkelijk zo een schandalige eis? Bestaan er in dit land werkelijk musea die minder dan dat schijntje zelf opbrengen? En is het dan werkelijk zo gek om instellingen waar zo weinig belangstelling voor bestaat in overweging te geven om te sluiten?
De Nederlandse musea hebben het merendeel van hun collecties in kelders opengeslagen, en dat grootste deel wordt never, nooit, niemals aan het publiek getoond. Ik vind het echt niet zo gek om musea zich daar eens op te laten bezinnen. Ook het aankoopbeleid om de kelders nog verder te vullen mag wel eens onder de loep.
Het Haagse Gemeentemuseum meende een aantal jaren geleden "Victory Boogie-Woogie" van Mondriaan te moeten aankopen voor een astronomisch bedrag. Let wel, we hebben het over een abstract aardigheidje dat nog niet eens af was! En in Amsterdam hebben ze jarenlang ene Rudi Fuchs gehad, die de grootste waanzin kocht, zoals een met de verfroller in een kwartiertje zwart (of was het wit?) gerold "kunstwerk". Volgens die meneer Fuchs was dat een "kunstwerk van onschatbare waarde". Onlangs is er voor een niet bekend gemaakt bedrag een vloer van pindakaas gekocht, die een kunstwerk bleek te zijn. De waanzin ten top. En de overheid maar betalen. Hopelijk is dat soort ongein nu voorbij en worden die impulsaankopen van weinig begaafden nu op Marktplaats gezet. En dan maar hopen dat er nog iemand op wil bieden.
En dan is er de muziek. We hebben in dit land het Concertgebouworkest, dat kort geleden tot het beste orkest ter wereld is uitgeroepen. Daar kun je voor ca. EUR 30 op een prima plaats naar gaan luisteren. Maar als je in Wenen naar de Wiener Philharmoniker of in Berlijn naar de Berliner Philharmoniker wilt gaan luisteren, ben je het drievoudige kwijt. En bij de Nederlandse Opera kost de duurste plaats zo'n EUR 60. Bij de meeste operahuizen in het buitenland krijg je daarvoor nauwelijks een staanplaats.
We moeten er in dit landje aan leren wennen dat we ergens voor moeten betalen wat het kost. De concerten van André Rieu zijn altijd uitverkocht, maar daar kom je echt niet voor een symbolisch bedrag in. Concerten van eenvoudige populaire Nederlandse artiesten zijn al duurder dan een concert van het Concertgebouworkest. Mensen, is het nu echt zo raar om voor cultuur een prijs te vragen die iets te maken heeft met de kostprijs? Het volk wil voor pulp wel graag betalen wat ervoor gevraagd wordt (waarbij ik André Rieu uitdrukkelijk geen pulp wil noemen!).
Dus die bezuinigingen op cultuursubsidies zijn zo gek nog niet. De experimentele clubjes roepen overigens nog het hardst. Nou, als ze dan zo'n waardevolle bijdrage aan onze cultuur leveren zijn er vast in het bedrijfsleven wel geldschieters te vinden. En als dat niet zo is zijn het blijkbaar hobbyclubjes van mensen die hun eigen hobby maar moeten gaan betalen.
Mijn conclusie is dat de op handen zijn de bezuinigingen een mooi begin zijn om de in Nederland gebrachte cultuur tegen een prijs aan te bieden waardoorheen de kostprijs te zien is. En de musea moeten eens in hun kelders gaan kijken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten